Overslaan en naar de inhoud gaan

Midden 19de eeuw kampte Noord-Amerika met een schrijnend tekort aan priesters voor de pastorale opvang van de uit Europa massaal ingeweken katholieken en voor de missionering van de autochtone bevolking in de dun bevolkte gebieden. Voor de Amerikaanse bisschoppen lag het voor de hand priesters te rekruteren in de landen van West-Europa waar op dat ogenblik het ‘katholieke reveil’ hoogtij vierde. België, dat bekend stond om zijn missietraditie en te Leuven een gerenommeerde, aloude katholieke universiteit bezat, leek het meest aangewezen.Afbeelding verwijderd.

Op initiatief van de bisschop van Louisville werd, in samenspraak met het aartsbisdom Mechelen en met de zegen van paus Pius IX, in 1857 te Leuven een college gesticht om jonge priesters - aanvankelijk uit België, Nederland en Duitsland - op te leiden voor missioneringswerk in Noord-Amerika en om daarnaast ook aan getalenteerde Amerikaanse seminaristen de mogelijkheid te bieden een hogere theologische opleiding te volgen. Gepatroneerd door de Amerikaanse bisschoppen en onder toezicht van het aartsbisdom Mechelen werd de Belgische priester Peter Kindekens, vicaris-generaal van het bisdom Detroit, aangesteld als eerste rector.

Het college werd officieel geopend als ‘Amerikaans College van de Onbevlekte Ontvangenis’. Hiertoe werd aan de Naamsestraat, op de hoek met de Karmelietenberg, een gedeelte van het voormalige Aulnecollege aangekocht.

In oorsprong was dit het refugiehuis van de cisterciënzerabdij van Aulne (Henegouwen), dat op deze locatie reeds werd vermeld in de 15de eeuw. In 1627 werd dit refugium te Leuven omgevormd tot college voor universiteitsstudenten van de kloostergemeenschap.

In 1905 onderging de hoek Naamsestraat-Karmelietenberg een zichtbepalende verbouwing. De oude vleugel van het vroegere Aulnecollege, waarin het Amerikaans College in 1857 was opgestart, werd gesloopt en ter plaatse werd een imposante L-vormige uitbreiding gebouwd, die onderdak moest bieden aan een 120-tal seminaristen en waarin een lesauditorium en bibliotheek waren voorzien. Aan de Karmelietenberg diende hiervoor echter de Helleputtevleugel met drie traveeën te worden ingekort. Opgetrokken in een eclectisch getinte neogotische stijl, ging het nieuwe gebouw nu samen met de neogotische kapel een binnenplein omsluiten.

Afbeelding verwijderd.Bij de viering van zijn vijftigste verjaardag in 1907 was het Amerikaans College dus uitgegroeid tot een indrukwekkend gebouwencomplex en gold het als een internationaal gerenommeerd missie- en seminariecollege dat sinds zijn oprichting 16 bisschoppen en aartsbisschoppen en 658 priesters had gevormd ten behoeve van de Verenigde Staten.

Bij momenten verbleven er 120 studenten, en in de jaren zestig van de twintigste eeuw moest dan ook bijgebouwd worden. Nadien trad het verval evenwel in en zakte het studentenaantal tot niet meer dan een twintigtal personen. Het college nam nieuwe taken op zich zoals het aanbieden van aan Amerikaanse geestelijksabbaticalsen. In 2010 besloten de Amerikaanse bisschoppen het college uit besparingsoverwegingen de exploitatie te stoppen. Sinds 15 september 2014 is het een niet-gesubsidieerde studentenresidentie voor studenten van de KU Leuven.

(Verkorte tekst op basis van de website van Onroerend Erfgoed, een agentschap van de Vlaamse Overheid dat onroerend erfgoed in Vlaanderen inventariseert, onderzoekt, beschermt, beheert en de ontsluiting ervan stimuleert.
Agentschap Onroerend Erfgoed2017: Aulnecollege [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/42154 (geraadpleegd op 27 juli 2018).

Foto's: Thomas en Hans, ©Vlaamse Gemeenschap

 

🡡